Ieder zijn ding

Regelmatig schrijf ik over het feit dat klussen niet mijn ding is en dat ik dat liever overlaat aan Handige Harry’s. In mijn geval komen voor deze titel twee heren in aanmerking, namelijk Tinus en Marchinus, twee echte mannen met elk twee rechterhanden die alles kunnen maken wat maar gemaakt kan worden. Ik leun op hun kennis en voel mij daardoor toch nog een beetje handig. Mijn vrouw hijst de mannen inmiddels op een schild!

Maar daar kan ik mee leven.

Een van de redenen dat ik niet van klussen hou, is dat er altijd wat fout gaat. Ook het juiste gereedschap niet hebben of op orde hebben is een reden, maar het meeste gedoe zit ‘m juist in het feit dat ik niet weet hóe ik een klus aan moet pakken. Ondanks dat ik soms weken, maanden over een klus kan nadenken, wil het toch weer mis gaan, blijf ik zitten met de brokken en moet ik hulp inschakelen.

‘Super Handyman, help mij!’

Zo moest ik laatst een nieuwe lamp ophangen in onze slaapkamer. De oude lamp was er zo af, maar er staken twee bouten uit het plafond die de nieuwe lamp in de weg zouden gaan zitten. Na enkele vergaderingen en lang beraad met mijzelf, besloot ik de strijd aan te gaan met een flex. Maar die strijd ging ik pas aan nadat ik het bed helemaal ingepakt had met plastic, vervolgens opzij geduwd had, toen de gordijnen ver genoeg opengeschoven zodat ik kon profiteren van het helderste licht in de kamer, de keukentrap in standje stabiel gezet had en daarna de bedrading boven mijn hoofd zo ver mogelijk opzij geduwd had, mijn gehoor beschermende doppen nog even goed aangeduwd had in mijn oren, zette ik tenslotte de flex op de eerste bout. Terwijl ik daarmee bezig was ging de slaapkamerdeur open en zag ik mijn vrouw die wat wilde zeggen waardoor ik de flex uit moest zetten en de gehoorbescherming uit mijn oren moest halen:

Ze vertelde dat ze boodschappen ging doen en of ik nog iets nodig was.

Nadat ik mijn wensen geuit had, sloot zij de deur, duwde ik de gehoorbescherming weer in mijn oren en zette de flex weer aan. Dat duurde maar even, ineens was het stil en zag ik al gauw wat er loos was; ik had toch één van de blauwe draden geraakt! Ik kon mij wel voor mij kop slaan! Ik had die draden toch opzij geduwd? Waarom ben ik zo snel afgeleid? Ik was mij toch honderd procent bewust van die draden, zelfs zoveel dat ik de stroom er ook niet afgehaald had want ik wist zeker dat ik die draden nooit zou raken!

Ik besloot eens goed in de rol van slachtoffer te gaan zitten en was de uren erna niet te genieten!

Chagrijnig checkte ik de stoppenkast, maar vreemd genoeg stond alles nog goed. Zou de flex het dan begeven hebben? Dat was het ook niet want in de badkamer deed de flex het wel. Toen bekeek ik de bedrading in het plafond, bruine, zwarte en blauwe draden. In mijn ogen te veel draden in een te klein doosje, dus ik trok de boel los, waaronder een aantal die in een soort vingerhoedje zaten. Dat bleek achteraf een lasdoos te zijn en buurman ‘Ben the Men’ kon dat bevestigen toen hij er later op de dag zijn deskundig oog erover liet schijnen. Ondertussen had ik dankzij een verlengsnoer alsnog de bouten weg kunnen slijpen én boorde ik direct alvast de gaten voor de nieuwe lamp, dan was het ‘vuile’ werk alvast maar gedaan. Maar de buurman kwam er ook niet uit en die avond appte ik Marchinus;

‘HELP!’

Met de toevoeging dat ik er geen haast mee had, wij slapen toch altijd met het licht uit dus die nieuwe lamp kon wel even wachten. En een verlengsnoer voor de wekker voldeed voor goede nachtrusten. Marchinus kwam een paar dagen later en wierp zijn licht op de warboel die ik veroorzaakt had. Binnen een half uur was het opgelost en had hij de nieuwe lamp ook al opgehangen! Dus ja, mijn klusgevoel had weer eens een flinke deuk opgelopen.

En daarmee misschien ook wel een beetje mijn mannelijkheid.

Terwijl ik weet dat dit een ontzettend ouderwetse gedachte is. Want elk mens heeft zijn of haar kwaliteiten en daarnaast zijn er genoeg dames die wat klussen betreft ook hun mannetje kunnen staan. Maar mijn ego kreeg nog meer op zijn sodemieter, want een week later kwam Tinus een zelfgemaakt meubelstuk brengen, geheel volgens de wensen van mijn vrouw die dat een poosje terug aan hem gevraagd had. De dagen erna torpedeerde zij iedereen om haar heen met loftuitingen over Tinus die zo’n geweldig meubelstuk had gemaakt en ik kon het alleen maar met haar eens zijn want het ís een geweldig mooi meubelstuk geworden.

Maar de klusser in mij had opnieuw een dikke deuk opgelopen.

Nu is het niet zo dat ik met mijn ziel onder de arm loop hoor, want ik kan koken. Daar ben ik ooit in opgeleid en ik heb er ook nog eens heel veel plezier in. En zo nu en dan mag ik voor een bijzonder gezelschap koken, zoals ooit voor twee nichtjes en een neef van mij toen ze 21 werden.

Die gaven een zogenaamd ’21 diner’.

Een oud buurmeisje van ons, Annika, wist dat en vroeg daarom of ik voor haar wilde koken want zij stond ook op de nominatie om 21 te worden. Dat wilde ik wel en na wat sparren over wat ze dan wilden eten kwamen we op bruschetta als voorgerecht en zalm op de huid met pasta en wittewijnsaus en voor de niet-vis liefhebbers Coq au Vin Blanc (gegaarde kippendij in witte wijn). Het nagerecht werd gemaakt door de kundige handen van mijn vrouw, zij maakte citroen-boterkoek én Limoncello ijs.

Hoe feestelijk!

Drie weken geleden was het zover. In totaal moest er gekookt worden voor acht meiden en zeven volwassenen: opa, oma, moeder en vriend, vriendje van de jarige, mijn schatje en ik mocht ook mee-eten. Ze vonden het heerlijk en ik kreeg van alle kanten loftuitingen waardoor ik mij even Marchinus en Tinus voelde.

Zo zie je maar weer. Mijn gedeukte ego kreeg weer wat kleur en bevestigde wat ik vaak roep:

Ieder zijn ding!

Auteur: Arjen Veldhuizen

Schrijverijtjes van Muis: Hallo, ik ben Arjen Veldhuizen en mijn roots liggen op Terschelling waar ik in 1964 ter wereld kwam (eigenlijk in het St. Jozef ziekenhuis te Harlingen maar mijn ouders woonden op het eiland). Ik ben getrouwd met Janet en wij hebben samen(gesteld) 4 zonen, Youri, Bas, Sven en Sil. Sinds mei 2020 zijn wij de trotse Oma en Opa geworden van kleindochter Roméline, dochter van Jorinde & Youri! Op de Lagere school kwam ik er al achter dat ik iets met schrijven had, als puber kwam het al meer tot uiting en eigenlijk tot op de dag van vandaag heb ik ‘schrijfdrang’. Op deze website staan schrijverijtjes, Muizenstaartjes zoals ik ze noem, over zaken die mij bezighouden en die ik in de afgelopen 7 jaar aan Facebook toevertrouwd had en teksten die ik schrijf voor Hoemannendenken.nl en OldambtNu.nl. Ik schrijf soms luchtig, soms wat inhoudelijker en laat mij graag inspireren door mijn omgeving. Hieronder staan al mijn teksten die ik vanaf begin 2011 geschreven heb, dus hoe meer je naar beneden scrolt hoe langer geleden. Veel leesplezier!

Geef een reactie

Uw e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Meer informatie over hoe uw reactie gegevens worden verwerkt.