Hier thuis voeren wij elk jaar weer de discussie of ‘de donkere dagen voor kerst’ wel of niet gezellig zijn. Mijn vrouw vindt van wel. Ik ben meer voor het seizoen erna, het voorjaar.
Haar enthousiasme begint over deze periode begint meestal omstreeks eind september, begin oktober. Zij begint te stralen als het eerste blad van de bomen valt, verwondert zich telkens over de afwisselende herfstkleuren en kruipt knorrend van opwinding in bed dicht tegen mij aan zodra de regen hard tegen de ramen klettert vanwege de eerste najaarsstorm.
Door de elementen raakt zij helemaal in haar element!
Zodra de klok eind oktober weer teruggezet wordt naar wintertijd, gaat ze helemaal los. Want dan kunnen de kaarsjes weer aan. Niet één of twee kaarsjes, nee, hele pelotons. Waxinelichtjes, geurkaarsen, dompelkaarsen, drijfkaarsen, figuurkaarsen, we hebben van alles in huis. Deze kaarsjes liggen op voorraad in de la van het tv meubel en voordat de bodem in zicht is, haalt ze snel weer nieuwe want een avond zonder…..Nee, dat kan echt niet!
Dus laat die donkere dagen maar komen!
Ik heb ook eens een zak kaarsjes gekocht maar dat waren, zei ze zwaar teleurgesteld, niet de goeie. Want die dingen hebben namelijk verschillende branduren en ik had die met het laagst aantal branduren gekocht.
Hoe kon ik nou toch zo stom zijn!
Uiteraard zag ik het probleem niet. Is het kaarsje opgebrand dan pak je gewoon weer een nieuwe, toch? Maar goed, daar denken de geleerden anders over. Mannen denken anders dan vrouwen, dat is nu eenmaal zo. Vrouwen zijn bijvoorbeeld ook van de kussentjes en volgens mijn kapster, Nirmen, zijn ze ook van de (fleece) dekentjes. Maar in mijn wijk zijn het vooralsnog de kussentjes. Laatst kwam hier zelfs een buurvrouw haar pas gekochte kussentje laten zien. Nou, het huis was te klein en vele enthousiaste kreetjes vulden de kamer. Enkele dagen later lagen hier ineens ook nieuwe kussentjes op de bank…
Het blijft een gek fenomeen. De vrouw koopt zich een orgasme aan kussentjes en wij mannen gooien diezelfde kussentjes direct opzij want die dingen liggen altijd maar in de weg! Nou ja, het zij zo. We hebben er maar mee te leren leven, toch?
Ieder zijn ding, leven en laten leven. En nooit commentaar geven….
Vorige week kwam mijn vrouw weer helemaal lyrisch thuis. Ze was naar die winkel geweest die zo ontzettend goedkoop is. Zo goedkoop dat wanneer je het weer zat bent, weg kan gooien. En dan koop je gewoon weer wat nieuws. Uit zelfbescherming mompelde ik cynisch: “Ach ja, we leven nu eenmaal in een weggooi maatschappij….Na mij de zondvloed.”
“Arjen Veldhuizen! Dat hoorde ik!” antwoordde ze boos. Hierop besloot ik mijn mond maar te houden want ze gaf twee hele heldere signalen af, namelijk het uitspreken van mijn volledige naam en het toontje waarop ze mijn naam zei. Dat beloofde niet veel goeds. Dat zijn de meest heldere waarschuwingen die een vrouw kan geven en ik weet zeker dat veel mannen dit herkennen, dat durf ik hier wel te beweren. En ja, zo vlak voor de kerst, vrede op aarde dus laat ik dan maar beginnen om de lieve vrede te bewaren in mijn eigen omgeving…
Daarom gooide ik het snel over een andere boeg, zo verstandig als ik ben. “Nou, laat eens zien, wat voor moois heb je je gekocht dan?” Deze woorden kwamen van ver en om ze kracht bij te zetten trok ik daarbij mijn allervriendelijkste gezicht. “Led- kaarsen!” antwoordde ze argwanend en ze keek mij indringend aan. Maar haar enthousiasme deed haar boosheid vergeten en ze vervolgde, haast kirrend: “Daar hoeft alleen maar een batterijtje in en je hebt er de hele avond plezier van!” Het zag er inderdaad uit als een kaars en het vlammetje was gewoon een stukje plastic wat heen en weer bewoog. Even dacht ik haar te wijzen op de inhoud van de la van het tv meubel, de voorraad kaarsen. Maar ik bedacht mij net op tijd dat dit een zinloze actie zou worden. Soms is het beter je keutel in te trekken wil je niet in een verhitte discussie terechtkomen.
En ik wist, er komt nog véél meer…
Dat manifesteert zich in de periode na Sinterklaas. Want dan moet er een boom komen, een kerstboom om precies te zijn. Dat lijkt eenvoudig maar dat is het niet. Want wat voor boom moet er komen? Een grote, een kleine, een Nordman of een Groene fijnspar, een duurzame, een met of zonder kluit. En hoe tuigen we de boom op? Gekleurde ballen? Zilveren ballen? Gouden ballen?
Pingpong ballen?
Ze gaat dan de deur uit om zich te laten inspireren door anderen en na terugkomst krijg ik dan te horen of ze daadwerkelijk geïnspireerd was. Helaas, dit jaar niet, het viel tegen. Dan breekt bij mij het zweet uit want een rusteloze vrouw in huis is niet fijn. En hecht ze nog waarde aan mijn, bescheiden mannenmening?
Neuh…
Gelukkig vervrouwde ze zich en ging ze digitaal speuren naar ideetjes voor de kerstboom en aanverwanten. Je zag haar wikken, wegen, nog eens een keer wikken en na een aantal uurtjes kwam de beslissing! Het werd een kleine Nordman in een pot op een bijzettafeltje! Met kralen kettingen die aan de onderste takken werden gehangen al ware het een treurwilg.
Maar niks getreurd, ik was allang blij want er zou een zee van rust neerdalen in ons húske!
En natuurlijk zaten er ook lampjes in de boom. Laat er licht schijnen in de duisternis, zo dacht iemand tweeduizend jaar geleden er ook over. Nu moet ik eerlijk zeggen dat mijn vrouw best wel bescheiden is qua hoeveelheid lampjes. Buiten hangt ze nagenoeg niks op en ik spreek uit ervaring: het kan erger! In een vorig leven woonde ik in een straat waar duizenden, nee, miljoenen lampjes opgehangen werden door de bewoners. Het waren er zoveel dat er piloten waren die dachten te maken te hebben met een nieuwe landingsbaan van Schiphol!
Echt waar!
Maar gelukkig is mijn vrouw daar niet zo van. Nee, zij is van het fijnere werk, van de details zegt ze. “Daarom ben je natuurlijk ook met mij getrouwd, want ik heb ook fijne details.” riep ik haar vrolijk en tevreden zittend naast de kerstboom, toe.
Ze keek mij aan, nam een hapje van een kerstkransje met gekleurde suikertjes en bladerde weer verder in de Libelle, de kerst-editie.
Want dat is gezellig!
Fijne Kerstdagen!