En niemand heeft het meer over onze, ik citeer een ex-politicus, ‘Kut-Marokkanen’!
Sinds de eerste vluchtelingen hun leven waagden om een veilig onderkomen te vinden lijkt het erop dat men een nieuwe groep de schuld kan geven van hun eigen, (kennelijk) ongelukkige leven.
In de jaren ’50 emigreerden vele Nederlanders naar elders omdat Nederland in puin lag door de verschrikkingen van de 2e Wereldoorlog. Daardoor kwamen we hier handen te kort want er was het nodige om op te bouwen. Werk in overvloed, mijn vader vertelde mij laatst nog dat arbeiders als het ware van de steigers afgekocht werden.
Maar dat was vroeger. Vroeger was alles beter. Vroeger wist men ook niet wat er zich kilometers verderop afspeelde en leefde men gewoon het leven, maakte men zich hooguit druk over een kwajongen die appeltjes uit de tuin jatte of dat een stoep niet geveegd was. Toen was geluk nog heel gewoon….
Maar tijden veranderen. We staan niet stil en om ons heen duikelen de veranderingen over ons heen. We weten precies wat er besproken wordt in politiek Den Haag en we weten precies wie er botox gebruikt of wie er verslaafd is geweest aan cocaïne… Daarnaast Appen en Tweeten we ons een slag in de rondte want een dag niet geappt of getweet is niet geleefd. En wat Appen we of Tweeten we? Meninkjes, heel veel meninkjes. En, zoals ik dat al eerder beschreven heb, dat moet zo hard mogelijk want dan hoor je erbij.
Begin jaren ’60 kwamen de eerste buitenlanders naar ons land. Italianen, Marokkanen, Turken, Surinamer’s en Antilianen. De Chinezen waren er al. Langzaamaan leerden we elkaars cultuur kennen en zoals dat te verwachten was ging dat niet zonder slag of stoot. Zij keken raar naar onze eigenaardigheden en wij weer naar die van hun. Een normale reactie volgens mij. Natuurlijk hadden ze het voordeel dat er werk genoeg was en daardoor verliep de integratie des te sneller. En wij kregen ineens ‘nasi’ en ‘macaroni’ voorgeschoteld (met zilveruitjes en augurkjes) in plaats van het gebruikelijke bloemkooltje en aardappels. Heerlijk!
Halverwege de jaren ’80 kwamen de eerste asielzoekers, voornamelijk uit de Afrikaanse en Aziatische landen. Maar Nederland was een tolerant land en schikte zich in haar rol; ‘Opdat wij niet vergeten’. Ondertussen bouwden we aan de welvaart en het ene na het andere product werd uitgevonden om het leven makkelijker te maken én gelukkiger. Zo nu en dan kwam er een oprisping van ene Janmaat, Centrum Democraten, maar die kreeg niet echt grip op de situatie, hooguit op een paar ‘Landgenoten!’
Inmiddels zijn we een flink aantal jaren verder. Van een tolerant landje zijn wij teruggevallen naar een bekrompen, egoïstisch en horkig land. We maken statements door onze problemen te vergelijken met de problemen van de vluchtelingen. Want onze cultuur is in gevaar! De ‘discussie’ rond Zwarte Piet is hier een mooi voorbeeld van. Terwijl er ook, nog niet eens zo lang geleden, men vond dat het Sinterklaasfeest ‘uit’ was en met veel bravoure werd de Kerstman binnen gehaald. Ook moest het kinderfeest Sint Maarten wijken voor Halloween want ja, Sint Maarten…ach… dat was niet meer van deze tijd. Dus over welke cultuur hebben we het? De jongste jeugd zal het boeien welke kleur Piet heeft (vooral na het zien van vloekende, agressieve volwassenen die elkaar bijna in de haren vliegen om maar hun gelijk te krijgen). Het gaat om de magie, het mysterieuze, de gezelligheid, het strooigoed en uiteraard de pakjes! Elke cultuur is aan verandering onderhevig.
Maar na de Marokkanen spugen we nu massaal op de vluchtelingen. En Geert Wilders spint er garen bij en de tsunami van zijn volgers, over testosteron gesproken…, uiten hun ongenoegen steeds harder. Gedreven door angst en afgunst houden ze huis bij opvangcentra’s en vuren hun haat naar alles en iedereen. Ik zou zeggen: stap eens in een trein met voetbalsupporters want dan leer je wat angst is. Mijn vriendin overkwam dat in de trein tussen Groningen en Den Haag toen er enkele Ajax-supporters instapten. Ajax had die avond gelijk gespeeld tegen Celtic dus dan verwacht je redelijk rustige supporters. Niets was minder waar, ze schreeuwden de kankers door de coupé en vereerden nog luider het bestaan van Geert Wilders. Intimidatie. Als ik vluchteling was zou ik denken: “Waar ben ik in vredesnaam terecht gekomen?”
We moeten groter denken. Over de berg heen willen kijken. Boeddha, die dankzij enkele grote interieurwinkels in menig huiskamer te vinden is, zei het al: Het is voor ons belangrijk om goede gedachten te hebben, want wij worden wat wij denken. En ja, er zullen tussen de vluchtelingen individuen zijn die met andere bedoelingen hierheen komen. En ja, er zullen tussen de vluchtelingen individuen zijn die het met normen en waarden niet zo nauw nemen. Maar geloof me, in elke bevolkingsgroep heb je raddraaiers, klootzakken en eencelligen.
Terwijl vele professionals en vrijwilligers zich bezig houden met de vluchtelingen schrijf ik dit vanuit mijn warme onderkomen, bakje koffie bij de hand en een lekker muziekje op de achtergrond. Zonder angst. Al ruim 51 jaar. Heb ik dan helemaal geen angst? Uiteraard. Ik heb angst voor al die grote schreeuwers. Dat zij de overhand krijgen in dit land. Ze zeggen niet voor niets: De brutalen hebben de halve wereld!
Laten we er alsjeblieft voor zorgen dat wij die andere helft houden!