‘Zit m’n dasje goed. Zit m’n jasje goed. Vader gaat op stap. Is m’n pochetje d’r, M’n sigaretje d’r,
Vader gaat op stap. Vader heeft vandaag dat fieve, Niet meer zo dat primitieve
Want vader is vandaag de bon vivant, de bon vivant, de bon vivant, Vive le vive le vive le vive le bon vivant; Vader gaat op stap.’
Dat gevoel. Dat gevoel heb ik al de hele dag.
Ik stond er vanmorgen al mee op. Dat is anders opstaan dan anders kan ik nu wel zeggen. Toon Hermans heeft dat gevoel dus ook ooit een keer gehad want anders had hij er geen liedje over gezongen. Dan was hij misschien wel weer gewoon zijn bed in gedoken en was deze tekst nooit ontsproten in zijn fantasierijke brein. Daarom bij deze: “Dankjewel Toon!”
Vanavond ga ik dus op stap. Met nog vijf mannen. Vijf mannen die zachtjes aan schuren tegen de MAX televisiekijker-leeftijd. Ik zal ze vragen of ze voorgaand besproken gevoel ook hadden toen ze vanmorgen opstonden.
Wat is de oorzaak van deze commotie?
Wij gaan naar de film ‘Toen was geluk heel gewoon.’
Wellicht ben ik nu de aandacht kwijt want jeugdigen onder ons hebben waarschijnlijk niets met de avonturen van Jaap Kooiman en zijn ‘vriendje Stokvis’. Wat geweest is, is geweest. De tijdsbeelden in de serie die opnieuw leven ingeblazen werden, zien sommigen als oubollig of ouderwets. Té langzame televisie. Té lief. Té weinig actie. Dat past niet meer in het huidige tijdsbeeld waarin alles snel moet, het liefst in hap klare brokken zodat er ook niet teveel nagedacht hoeft te worden. We kijken liever naar een bij elkaar geraapt zooitje mensen welke bouwen aan een Utopia of naar een dikke, getatoeëerde ex-crimineel die van een duikplank duikt. Of naar een show met allemaal cabaretiers die de ene dubbelzinnigheid na de andere eruit gooien, tot grote vreugde van het publiek welke gelokt worden door cadeautjes die door de sponsor van het programma uitgedeeld worden. Want hebzucht moet gestild worden, ook al moet je daarvoor naar een TV studio in Aalsmeer…
Maar wij gaan dus naar de film en duiken vanavond terug in de tijd, 1974 om precies te zijn. Let wel, wij zijn geen dwaze oude mannen die altijd zeggen dat vroeger beter was. Integendeel. Wij Whatsappen, wij mailen, wij chatten en wij Googlen. En als we moeten strijken of een luier moeten verversen doen we dat ook. Niets moderns is ons vreemd. Maar wij gaan omdat we het gewoon een leuke serie vonden en zien deze film als de kers op de taart.
Ten tijde dat de serie nog op de televisie was, de zoveelste herhaling van de herhaling van de herhaling om precies te zijn, bespraken we het de volgende dag. Zoals alle 50 plussers vroeger, tijdens de koffie, het programma bespraken wat er die avond ervoor op TV was. De kans dat alle aanwezigen dat gezien had was aanzienlijk want ik spreek nu over de tijd dat er maar twee netten waren. Er was simpelweg niets anders.
En bij ‘Toen was geluk’ worden hele teksten telkens herhaald waarna je al gauw de lol er van gaat inzien.
Vader gaat op stap. Maar eerst een uitgebreide douche. Dan lekker scheren en een lekker luchie op en welja, ik doe mijn zondagse overhemd aan!