Het was te merken vandaag. Ik stapte uit bed en deze keer ging het niet zo vlotjes als andere dagen. Met een schuin oog keek ik nog even naar mijn bed maar ook daar was niets bijzonders aan te zien. Ja, de boel lag wat omgewoeld en het tweede kussen lag ook niet meer op zijn plek. Maar ook dat was niet raar, ik kruip daar altijd tegen aan wanneer mijn geliefde en ik weer gescheiden van tafel en bed zijn, oftewel, zij is dan in Groningen en ik in Leidschendam. Ter compensatie, ik vergelijkbaar haar dus absoluut niet met een kussen.
Laat dat even duidelijk zijn!
Wat was de reden van mijn stramheid, mijn stijve rug en gammele benen? Ik hoorde een knal en zag verderop in de straat een rookwolkje opstijgen. Nu wist ik het weer, klaar wakker! Het is vandaag Oudejaarsdag en nu begrijp ik ook alle bovenstaande klachten want er zit weer een heel jaar op mijn rug! Maar liefst 366 dagen (Schrikkeljaar) zitten er weer op, 366 dagen die we mee moesten sjouwen, soms als ballast, soms als lichte bagage, soms zonder iets te hoeven sjouwen omdat alles even meezit.
Ik zeg expliciet ‘we’ want daar bedoel ik ook jullie, lezers, mee. Iedereen heeft zijn of haar bagage, bij de een is die zwaarder dan bij de andere en anderen gaat het misschien dan eventjes wat meer voor de wind. Maar de last blijft, dat is nu eenmaal zo en hoort bij het leven. Er is wel wat aan te doen natuurlijk, je moet soms niet alles willen dragen….
Die gedachte verlicht mijn klachten enigszins en daarom ga ik maar weer verder met mijn bezigheden, opstaan en aankleden en dan een kopje koffie. Buiten is het allang licht maar dat komt omdat ik al een flink deel van de dag geslapen heb, heb net de eerste nachtdienst van de vijf erop zitten.
Soms zit het mee, soms zit het tegen. Maar elk nadeel ‘heb’ zijn voordeel, nogmaals dank wijlen Johan Cruijff, het blijft een mooie lijfspreuk.
Want zodra het vuurwerk vannacht los zal barsten, zit ik lekker binnen en kijken we wel via de camera’s naar alle miljoenen die de lucht invliegen. Het Nieuwe Jaar staat immers voor de deur.
Voor velen is dat een reden om even terug te kijken. Voor mij ook. Daarom ben ik vanmorgen, toen ik klaar was met werken, direct naar mijn afspraak gegaan.
Een afspraak met een goede, oude wijze vriend van mij. En dat kon alleen vandaag. Dat kan eigenlijk altijd alleen maar vandaag. Deze vriend is een markant persoon, hij heeft namelijk net zoveel neuzen als het jaar nog dagen heeft.
Al zolang ik leef loopt hij op deze dag rond en staat hij voor het afgelopen, oude jaar. Vorig jaar heb ik hem, tot mijn grote vreugde, eindelijk eens kunnen spreken en dat was een goed gesprek. Ik kwam hem toen tegen bij de Kloosterbrug van het Winschoterdiep, eenzaam en alleen zoals altijd en kouwelijk omdat het weer te wensen over liet. Maar dat is de ‘tied van het joar.’
We hebben toen afgesproken het dit jaar weer te doen, maar dan wel in Den Haag want ik had een plicht te vervullen, namelijk werken. Dat klinkt heel zwaar, heb bijna de neiging te zeggen: ‘In naam der Koning!’ maar dat is het absoluut niet hoor.
Op de fiets met in mijn fietstassen twee thermoskannen met koffie en nog een restant kerstbrood fietste ik naar de afgesproken plek, naar de nieuwe windmolen op de grens Den Haag-Voorburg. Dat ding ‘dat er ineens stond’ nabij het verkeersknooppunt Prins Clausplein volgens enkele boze, ontevreden omwonenden. Een uitermate goede en duurzame plek voor een goed gesprek.
Ik zag hem staan, in de schemer van de vroege morgen, in zijn lange jas, de armen heen en weer bewegend voor een beetje warmte en die eeuwige grote tas bij zich, vol met gebeurtenissen die er in het afgelopen jaar ons gepasseerd zijn. We groeten elkaar hartelijk en hij deed, waarachtig, ook nog even de Dab. “Als de Koning dat kan dan moet ik het toch ook kunnen he!” zei hij met zijn breedste glimlach. Zijn haar en baard zagen er verzorgd uit en dat verbaasde mij enigszins.
“Hebt u nu u haar geblondeerd?” vroeg ik, verbaasd. “Ja, dat klopt,” zei hij, “ik ga met de mode mee en ook een beetje met de trend. We zagen het in Amerika, die man is straks president en tja, we weten eigenlijk ook wel wie het hier gaat worden straks in 2017…”.
“Nou, leuk is anders,” antwoordde ik. “Ik hoop niet dat onze relatie hierdoor verstoord raakt. Ik heb u altijd gezien als een zeer verstandig man maar die voorbeelden van deze nieuwe ‘Leiders’ spreken mij totaal niet aan, zij zijn juist eerder bezig haat te zaaien dan verbinding. En verbonden zijn wij allang niet meer!”
Ondertussen schonk ik een grote mok met koffie voor hem in, afgelopen jaar gekregen voor Vaderdag van mijn kroost, met de tekst: Voor de allerliefste papa!
Dankbaar pakte hij de mok aan. “Je hebt helemaal gelijk jongen, maar gisteren kuierde ik nog even door de stad en toen bood een kapster mij een knipbeurt aan. In het kader van ‘zullen we wat liever voor elkaar zijn in het Nieuwe Jaar’. Maar het moest dan wel geblondeerd worden want ze had een hoop van dat spul alvast ingekocht, voor het geval als het straks écht een trend gaat worden en nu kon ze dan op mij mooi oefenen. En tja, wie ben ik om daar dan wat van te zeggen, kleren maken de man, niet het haar! En over echte mannen gesproken. Trump is dan wel gekozen tot ‘Man van het Jaar’ en Wilders is gekozen tot ‘Politicus van het Jaar’, er was maar eentje die daar echt voor in aanmerking zou moeten komen en dat is Tijn, dat jochie die met zijn vader Nederland binnen een kwartiertje weer wist te verbinden door zijn verhaal, zijn zeer zware lasten, met ons te delen. En dan toch nog de kracht vinden om aan anderen te denken! Want het kan altijd minder…Youp van ’t Hek noemde hem, terecht, de nieuwe Messias!”
We waren beiden ineens minuten stil, staarden wat om ons heen en ik voelde mijn ogen weer vochtig worden.
“Lekker bakkie, pik!” zei de man. “Schenk maar weer bij, ik krijg het al wat warmer van binnen.”. “Mooie mok trouwens, heb je ze thuis allemaal weer op een rijtje? Ik bedoel, sta je weer op één lijn met je kinderen?” Ik droogde mijn ogen en reageerde enthousiast: “Jaaa, ze komen alle drie weer over de vloer en ze accepteren alle drie mijn geliefde! We hebben onlangs nog met zijn allen samen gegeten, uit de braadpan die mijn geliefde ooit van haar Opa kreeg met de woorden: ‘Ooit zal je deze braadpan moeten gebruiken omdat je een groot gezin krijgt.’
“Dat was een wijs man!” zei de oude man en ik zag aan zijn ogen dat hij echt blij was met dit nieuws, hij gunde het ons diep vanuit zijn hart. “En nu op naar een harmonieuze, liefdevolle toekomst, vervolgde hij, een nieuw hoofdstuk beginnen en genieten van jullie samengestelde gezin.”
“En van mijn nieuwe baan!” schreeuwde ik hem haast toe, het verkeer op de kruising A12, A13 en de A4 werd steeds luidruchtiger. Hij reageerde enthousiast en keek mij vragend aan. “Ja, ik heb werk gevonden. Ik word adviseur in alarmsystemen voor particulieren bij een bedrijf in Groningen…euh…Grunn! De bedoeling is dat ik in Den Haag minder ga werken en dan ondertussen de boel in Grunn ga opbouwen. Het sluit prachtig aan bij mijn huidige werk en ik kom in een warm nest, een klein bedrijfje zonder kapsones maar wel met serviceverlening die je tegenwoordig nog maar weinig vinden kan!”
“En weet u, vervolgde ik voordat de man reageren kon, ik voel mij weer eens gewaardeerd na al die afwijzingen op sollicitaties in de afgelopen jaren.”
Hij sloeg de armen om mij heen en slingerde mij al dansend rond. Hij was sterker dan ik dacht maar dat zie je wel vaker met die generatie, die hebben altijd echt hard moeten werken en hoefden niet naar de sportschool om spieren te kweken.
“Maar hoe gaat het eigenlijk met u? Wat vond u van het afgelopen jaar?”
“Tja,” antwoordde de oude man, “die vraag kan ik beter aan jou stellen want jij, of beter gezegd je vader, hebben mij ooit verzonnen. Maar ik weet waar je naar toe wilt en ik ben het met je eens. Het was het jaar van een daadwerkelijke tweedeling. Een jaar met terreur overal ter wereld, vrachtwagens die als wapen werden gebruikt, Lone Wolf’s die zich buiten de maatschappij plaatsten en podia zochten…en kregen, politici die steeds populistischer gedrag gingen vertonen, politici die angst zaaiden en, helaas daarna vele stemmen oogsten, burgers die steeds agressiever reageerden op mede burgers die er een andere mening op na houden.. Geen jaar om over naar huis te schrijven. En ‘we’ mochten niet meedoen met het EK voetbal in Frankrijk!”
Ik schoot in de lach. “Ja, dat klopt, ‘we’ stonden aan de zijlijn van de (kunst) grasvelden. Achteraf gezien misschien wel goed voor onze gezondheid…. En het scheelde alle kassières in de supermarkten heel wat braaf opgedragen vragen aan de klanten: ‘Wilt u er Wuppies bij’ of ‘Spaart u nog voor de EK voetbal’? En onze straten bleven verschoond van oranje en rood-wit-blauwe vlaggetjes.”
De man antwoordde nu ook lachend: “Ja, elk nadeel ‘heb’ zijn voordeel’!” en hij knipoogde naar iets in de lucht en voegde daaraan toe: “Het leven is een sprankje licht tussen twee oneindigheden van duisternis.”
“Pffff…die heeft u niet van uzelf!” “Nee, dat klopt” zei hij, die heb ik gejat van die andere goede vriend van je, die komt regelmatig met mooie spreuken op de proppen, volgens eigen zeggen uit ‘de spelonken van zijn geest’.
De eerste thermoskan was nu leeg. We aten gezamenlijk een stuk kerstbrood en keken al kauwend wat voor ons uit. Met halfvolle mond zei ik het fijn te vinden hem weer te zien en hij gaf mij instemmend een dreun op mijn schouder.
“Er is een hoop muziek bijgekomen in de hemel of hoe je het hiernamaals ook maar noemen wilt.” , zei de oude man. “David Bowie, Prince, Leonard Cohen, Otis Clay, Rick Parrit, Mieke Telkamp, Toots Thielemans, Corrie Brokken, George Michael…om er maar een paar te noemen. Joop Braakhekke krijgt er hoop celebraties bij! En ja, kijk eens naar je eigen Arjen, je lieve schoonmoeder heeft jullie ook moeten verlaten maar ik weet zeker dat ze het daar naar haar zin heeft. Het was immers je eigen Tante Riet die, vlak voor haar veel te vroege overlijden, iedereen positief benaderde door te zeggen: “Het zal wel goed zijn daarboven want er is nog nooit iemand teruggekomen!”
Ik knikte instemmend. “Ja, maar er was er wel ooit eentje teruggekomen maar die was ook zo weer vertrokken, die tellen we dan maar niet mee.” zei ik een tikkeltje aangebrand omdat ik, zoals velen onder ons, het niet snap dat mensen té jong moeten overlijden. Maar ja, van het concert des levens krijgt niemand een program….”
“Goed zo”, zei de oude man, “relativeren is een manier om dingen te verwerken. Minder groot te maken dan ze zijn, effe de boel laten bezinken voordat je een oordeel vormt. Dat is wat er de laatste tijd aan scheelt. We nemen uitspraken klakkeloos over en oordelen ons een slag in de rondte, vooral op social media. Wat dat betreft is er niks meer sociaals aan. Op TV kijken we in groten getale naar afzeik programma’s en als we iemand massaal aan de schandpaal kunnen nagelen (Daar moet een piemel in!) voelen we ons pas een eenheid. Het liefst zo hard, grof en grievend mogelijk. En het liefst zo anoniem mogelijk. Want de donkere kant in de mens wordt gevoed. We scanderen ‘minder, minder, minder’ en kijken elkaar er dan lachend bij aan, trots op onze zogenaamde ‘eenheid’ maar ondertussen weten we verdomd goed dat wij eigenlijk zo niet willen leven, dat onze ouders ons zo eigenlijk niet opgevoed hebben. We hebben het zo goed in dit land maar we willen meer en meer en we willen vooral niet dat delen met anderen. En dan de verharding in diverse landen. Frankrijk heeft haar Le Pen, de Filipijnen kregen Duterte, een moordenaar in de hoogste orde, de Britten hebben zichzelf uit de EU gegooid met een krappe, ik herhaal, krappe meerderheid, wij geven 30 miljoen euro uit aan een zinloze en ondoordacht referendum en onze aankomende minister-president noemt ons parlement knettergek en ook alle rechters deugen niet. Die gaat Erdogan achterna, ik hoop dat we elkaar volgend jaar nog zullen treffen want ik ben bang dat emigreren de beste oplossing is.. ”
De oude man keek diep treurig uit zijn ogen en leek ineens een stuk ouder dan hij werkelijk is.
“En wat te denken van al die splinterpartijtjes in de politiek! Zo kunnen ze nooit meer eensluidende beslissingen nemen en blijven grote problemen onaangeroerd en worden ze alleen maar groter en groter. Totdat het kalf verdronken is…Leren ze dan niet van Syrië? Of van al die andere brandhaarden in de wereld? Daar is zoveel verdeeldheid en de ellende blijft maar door etteren.”
“Alleen vergeten we dat steeds vaker. We vergeten onze afkomst en dat we het met elkaar moeten doen.” verzuchtte hij. “En dat de wereld aan verandering onderhevig is en dat vroeger niet alles beter was. Misschien was men alleen wat gelukkiger omdat we toen niet alles wisten wat er op de wereld gebeurde..”
Ik sloeg mijn arm om hem heen en zweeg. Om de boel wat op te beuren zei ik: “We zwijgen best wel veel hè, dit jaar. Zullen we de leuke dingen van het jaar nog even doornemen?”
De man keek in zijn tas en daar was de glimlach weer. “Wat dacht je van die meid op die evenwichtsbalk, kom, hoe heet ze ook alweer? Oh ja, Sanne Wevers! En Sepp Blatter hebben ze eindelijk met een rode kaart definitief van de velden gestuurd. En ze zijn begonnen met doellijntechnologie tijdens voetbalwedstrijden en het gebruik maken van een ‘videoref’ laat ook niet lang meer op zich wachten. En een nog prachtiger verhaal, 2e Kamer Voorzitter Anouchka van Miltenburg moest wijken voor Khadija Arib. Anouchka is een mooie meid hoor, maar als voorzitter was ze niet zo handig. Geert werd gek maar is daar inmiddels van teruggekomen, ze doet het hartstikke goed!”
“En Feyenoord won de KNVB beker en PSV werd, dankzij laksheid van de Godenzonen uit Amsterdam, kampioen van Nederland!”
Een flauw glimlachje trok om mijn mond. Ja, Ajax speelde gelijk tegen De Graafschap. Ik had het eigenlijk verdrongen…. “En wat dacht je van onze Groninger Hoogleraar Ben Feringa. Die won de Nobelprijs! Daar stonden ze in de Randstad wel even van te kijken! Ja, het was wat voetballen betreft een treurig jaar maar daar was dan ineens die Max Verstappen. Die jongen deed menig mannen – en vrouwenhart sneller kloppen wanneer hij zijn rondjes om de kerk reed. En de jeugd, ook daar was goed nieuws over. Die gingen massaal buiten spelen, de straat op om Pokemon Gó’s te zoeken. Dan zag je meisjes en jongens met hun gsm voor hun neus door stad en land zwerven, op zoek naar figuurtjes waarvan ik de namen nog steeds niet kan uitspreken. Helaas leidde dat ook weer tot opstoppingen in het verkeer want ook volwassenen deden mee, volwassenen die thuis waarschijnlijk uitgespeeld waren met hun vrouw en de dagelijkse sleur wilden doorbreken. Soms denk ik wel eens dat de wereld steeds zotter aan het worden is…”
Ik moest hard lachen. Vooral omdat ik ook een keer met mijn jongste zoon ‘op jacht’ ging. Vroeger ging je vissen met je vader, zo zie ik het maar.
“Wil je nog meer goed nieuws?” vroeg de man. “Ja, graag, laten we het jaar positief afsluiten!” zei ik en schonk de laatste koffie in zijn mok. Ik hoefde geen cafeïne meer, moest nog slapen en had geen zin om de hele dag rechtop in mijn bed te zitten.
“Nou, we zijn uit de crisis en de huizenprijzen schieten weer omhoog.” vervolgde mijn gesprekspartner. “De arbeidsmarkt stijgt in alle provincies en het dolfinarium in Harderwijk moest stoppen met het aftrekken van de dolfijnen… En je zoon Sven heeft de aanrijding met een auto zonder al teveel schade overleeft, hij kan zijn vingers weer goed bewegen en de veroorzaker van de aanrijding heeft zich van zijn beste kant laten zien. En de opbrengst van Serious Request was toch nog een flink bedrag. Zo zie je maar weer, er zijn nog genoeg goede mensen over! We hebben het in eigen hand maar het komt nooit vanzelf. Vijftig procent van de bevolking kan dan wel het hele jaar boos zijn, dan blijven er toch nog altijd vijftig procent mensen over die positiever in het leven staan. Het glas is halfvol of half leeg”
Mijn ogen vielen haast dicht. Niet omdat het gesprek saai was, integendeel, maar gewoon omdat ik zo ontzettend moe was. Mijn wijze, goede oude vriend met net zoveel neuzen als het jaar nog dagen heeft zag het aan mij en grinnikend gaf hij mij weer een klap op de schouder en zei: “Het is klaar, de tas is nagenoeg leeg, de last is een stuk minder geworden en wij gaan elk ons weegs. Zoals we dat elk jaar doen. Ik ga er van uit dat we elkaar voortaan in Groningen gaan treffen maar laten we dan ergens binnen gaan zitten. Dat is beter voor mijn oude botten. En neem dan oliebollen mee, dat kerstbrood was niet te nassen”
Nadat we elkaar hartelijk de handen geschud hadden en ik beloofd had hem volgend jaar weer op te zoeken, fietste ik weer naar huis. Even later lag ik weer in mijn bed, fitter dan ooit tevoren en weldra droomde ik van het Nieuwe Jaar, het jaar waarin we weer wat gelukkiger mogen worden en wat toleranter tegen elkaar zullen zijn.
Namens mijn geliefde Janet wens ik jullie allemaal een gelukkig, gezond, verstandig en een verbindend 2017!